Cheerily cheer up

Ik zit samen met mijn moeder in een hotel in Ootmarsum. We wandelen wat, lezen wat en gaan van ontbijt naar lunch en diner. ‘s Middags doet mijn moeder een dutje. We hebben allebei een eigen hotelkamer. Het is een beetje een risico want ik hoop dat mijn moeder niet gaat slaapwandelen. Aan de andere kant stelt het mij gerust dat er een nachtportier bij de deur zit en het is ook wel fijn om een beetje privacy te hebben en mijzelf af en toe terug te kunnen trekken.

De tijd gaat langzaam en ik probeer mij met veel moeite aan het langzame tempo over te geven. Dat gebeurt vooral als we samen wandelen. Mijn moeder leert mij tijdens het wandelen echt te kijken, te luisteren, te ruiken en te genieten van de natuur. Ik luister naar het knarsen van het grind op het pad, ruik de geur van lavendel die ons tegemoet komt. We lopen langs de kruidentuin waar we rozemarijn, tijm en munt ontdekken. Ik zie een paar zwaluwen in de lucht cirkelen. Ze stopt steevast bij dezelfde hortensia. Meestal pakt ze de bloem voorzichtig vast. Met een schuin hoofdje zegt ze dan: ‘Isn’t that beautiful.’ Op een van onze rondjes nemen we plaats op een bankje. Hoe vaak zal ik nog met haar op een bankje in de zon kunnen zitten? Hoeveel wandelingen zullen we nog maken samen? Zal ze de bomen na de winter weer groen zien worden?

Er hupt een roodborstje voor onze voeten op het gras.

‘I love Robins. Zo lief,’ glimlacht mijn moeder. Het beestje begint er meteen vrolijk bij te fluiten.

‘Wist jij dat het roodborstje het symbool van Engeland is, mam? De Fransen hebben een haan, de Amerikanen een adelaar en de Engelsen het roodborstje.’

‘Dat wist ik.’

 Ik leg mijn hoofd op haar schouder en richt mijn gezicht naar de zon.

Ze knijpt in mijn arm: ‘Luister ‘ns. ‘Cheerily cheer up cheer up – cheerily cheer up.’ Zo klinkt een roodborstje. Dat leerde ik van mijn vader.’

Ik neem de diepste ademteug die ik die dag heb genomen en blaas hem langzaam uit.

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: