Going Crazy

white ceramic cup on saucer

‘Wil je thee mam?’

‘Wat?’

‘Tea? Would you like some tea?’

Ik maak een handgebaar door de lucht alsof ik een kopje thee drink. Er zit weer een batterij in haar gehoorapparaat maar ze hoort nog verre van optimaal. Vragen stellen in haar moedertaal kan helpen, gebarentaal ook. Dan maar een beetje van beiden.

‘Yes please!’, antwoordt mijn moeder.

Ik zet een grote pot pickwick thee, schenk twee kleine gebloemde kopjes in die ik op bijpassende schoteltjes plaats. De rest van de kan zet ik op een warmhoudplaatje op het gas. Ik vind het een beetje gedoe, maar zo zet mijn moeder al 80 jaar thee dus ik pas mij aan. Bij mij thuis hangen we het theezakje rechtstreeks in een mok. Ik verwonder mij erover dat zo’n ritueel als theezetten over de generaties heen verandert.

Mijn moeder heeft plaats genomen op één van de twee rode stoeltjes in de huiskamer onder het favoriete schilderij van mijn vader. Een bont gekleurd bloemstuk in een blauwe lijst. We kijken de achtertuin in. Er moeten nog heel wat blaadjes van de bomen vallen. De zon schijnt maar het is flink koud buiten.

Ik heb net de post van mijn moeder weggewerkt, de rekeningen betaald en ik heb een afspraak bij de tandarts in de agenda geschreven. Uit gewoonte breng ik mijn moeder hiervan op de hoogte ook al weet ik dat zij het even later weer vergeten zal zijn.  

Fysiek is ze nog tot veel in staat. Ze houdt zich fit in de tuin met schoffelen, gras maaien, bezemen, onkruid wieden. Ze heeft de mooiste tuin van de hele straat. Voorbijgangers zijn vooral jaloers op het prachtige gazon en de onkruid-loze aarde.

Ik krijg ongevraagd alvast een levensles mee. ‘Ik ga iedere dag naar buiten. Rain or shine. Moet jij ook doen. Don’t forget. Gewoon voor een wandelingetje.’

Buiten voelt mijn moeder zich altijd beter. Dat is ook een van de redenen dat ze graag de tuin in gaat. Zelfs als er niets te doen is zal ze altijd een klusje voor zichzelf bedenken. Buiten gaat het bloed sneller stromen door de inspanning en dat heeft een positief effect op haar brein, maar de laatste tijd laat dat brein haar behoorlijk in de steek.

Elke keer dat ik bij haar langsga vraagt ze mij iets te zoeken. De ene keer is het haar gehoorapparaat, de volgende keer haar bril, dan weer haar tas met portemonnee, of haar autosleutels. De kwijtgeraakte spullen vind ik terug op de gekste plekken: in de koelkast, hoog in de linnenkast tussen handdoeken of lakens, in een hoekje op de vensterbank of in een laatje tussen pennen en kaarten. Het is chaos in het hoofd van mijn moeder die altijd zo geordend was en ‘in control’.

‘Waar had jij mijn tas nou gevonden?’

‘In de badkamer.’

‘In de badkamer? Echt waar?’

Stilte.

‘O ja, nu weet ik het weer. Daar had ik hem gisteravond mee naartoe genomen voordat ik naar bed ging. Stom dat ik dat was vergeten.’

Weer stilte.

‘I’m going crazy.’

Ik bijt op mijn lip en wrijf met mijn vingers langs mijn wenkbrauw.

‘Mam, drink je je thee? Anders wordt-ie koud.’

Ze pakt het kopje in haar hand, neemt een klein slokje en trekt meteen een vies gezicht. Ze is de honing vergeten. Ze zet het kopje weer neer en knijpt met de honingfles een flinke portie in haar thee en begint vervolgens te roeren. Ze neemt niet een tweede slok.

Ik wacht geduldig op wat er komen gaat en kijk naar de Friese staartklok die al maanden niet meer loopt. Het afstellen was mijn vaders klusje. Mijn gedachten dwalen af naar een college dat ik voor morgen moet voorbereiden maar dan zie ik tot mijn schrik dat mijn moeder zachtjes zit te huilen. Ze zet haar twee wijsvingers in haar ooghoeken en slikt. Ik twijfel geen seconde en kniel voor haar neer op de grond waar ik haar benen begin te strelen en tenslotte haar handen pak. Als ik in haar lieve gezicht kijk wellen de tranen ook bij mij op. Ik baal dat ik het niet kan onderdrukken want ik wil haar kunnen steunen en sterk zijn.

Voordat ik begin te praten slik ik eerst mijn tranen weg. ‘Mam, wat is er? Mis je papa?’

Wat een stomme vraag denk ik meteen. Natuurlijk mist ze mijn vader. Haar grote liefde met wie ze 60 jaar van haar leven heeft doorgebracht, met wie ze vijf kinderen heeft grootgebracht, die haar steun en toeverlaat was en die ze de laatste jaren met veel zorg en toewijding verzorgde.

Ze knikt. ‘Heel erg. Oh sorry. Ik wilde niet gaan huilen. Ik ben steeds alles kwijt en ik vergeet dingen. Hoe lang? Hoelang heb ik dit al?’

Ik krijg een ongemakkelijk gevoel in mijn buik. ‘Mam, je bent gewoon verdrietig en daarom ben je er niet helemaal bij. Zullen we zo even naar buiten gaan?’

Matjes antwoord mijn moeder: ‘Ja, misschien zal het mij goed doen.’ 

Er vliegt een koolmeesje langs het raam en op het gras hupt een zwarte merel.

‘Mam, je thee.’

Ze zet het kopje aan haar lippen en trekt weer een vies gezicht. De thee is inmiddels koud.

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: